• Als er op zijn minst zo’n 3 of 4 maanden voorbij zijn. Je bent in staat om enigszins van afstand naar jezelf en je reacties te kijken.
  • Als je er zelf behoefte aan hebt. Je zit ‘vast’, er lijkt geen beweging in je rouwproces te zitten.
  • Je hebt geen idee wat je beter wel of niet kunt doen.
  • Je vraagt je af of het normaal is dat je ineens zo moe bent, zo slecht slaapt enz.. Je vraagt je af hoe het met je kinderen moet, of je het wel goed doet.
  • Er zijn weinig tot geen mensen in je omgeving waarmee je echt eens kunt praten.